Bodemdaling wordt dé uitdaging voor de komende decennia. Tot 2050 is er 20 miljard euro nodig om wegen en leidingen te repareren die beschadigd zijn geraakt door bodemdaling. Als we niet naar een langetermijnoplossing gaan kijken is de grond in de veengebieden in de toekomst helemaal niet meer bruikbaar.
Kees de Zanger ziet de bodem in de Alblesserwaard elk jaar een centimeter zakken. “Er worden steeds keurige technische maatregelen genomen om de schade te herstellen, maar ik denk dat dat eindig is.” De Zanger moest in zijn nieuwbouwwoning in Sliedrecht al na twee jaar het terras omhoog halen, toen gingen bij hem de alarmbellen rinkelen. “Ik verbaas mij erover dat het hier nooit over gaat.”
In de polder houden we sinds jaar en dag de waterstand laag zodat er koeien kunnen staan, maar ook zodat tractoren niet wegzakken in het weiland. Molens, gemalen en pompen helpen hierbij, maar helpen ook mee in het proces van bodemverzakking. Als veengrond droog komt te staan klinkt het in.
Hilde Niezen, wethouder in Gouda en voorzitter van platform Slappe bodem, heeft in haar gemeente veel te maken met bodemverzakking. “Als grond zo ver zakt dan weegt de druk van de bodem niet meer op tegen de druk van het zoute water dat in die diepere lagen zit. Dan krijg je verzilting van het land en dan groeit er geen gras meer en kunnen er geen koeien meer grazen.”
“Als de grond verder zakt is op sommige plekken de huidige vorm van landbouw niet meer mogelijk”, aldus Niezen. Om bodemverzakking tegen te gaan, moeten boeren kiezen voor een andere vorm van landbouw.
Bart Crouwers is vorig jaar begonnen met het telen van cranberry’s. “Deze planten groeien goed in het natte veen, voor cranberry’s geldt eigenlijk hoe natter, hoe beter”. Zo hoeft het land niet ontgonnen te worden en zakt de bodem niet verder. “Als het goed is, kan ik volgend jaar beginnen met oogsten. En als deze planten eenmaal staan, kunnen ze honderden jaren mee.”
Dit fragment is een item van Een Vandaag, bekijk hier de hele uitzending.